omslag omslag

Wat is Craniale Osteopathie?

Dit systeem bestaat uit: schedel, wervelkanaal, heiligbeen, zenuwstelsel plus hersenvocht circulatie en de fascies.(cranium=schedel, sacrum=heiligbeen (=onderdeel van het bekken).

De cranio-sacraal therapie is een onderdeel van de Osteopathie, maar wordt ook als therapie op zich uitgevoerd, waardoor men belangrijke zaken als viscerale- en pariëtale letsels over het hoofd kan zien.

Alle structuren in het lichaam zijn direct of indirect met elkaar verbonden door het bindweefsel. Dit bindweefsel (fascie) kunt u zien als een soort laken, waarin de schedel, het ruggenmerg, alle organen, botten, spieren, gewrichten, bloedvaten en zenuwen gevouwen zijn. Beperkingen in het bindweefsel kunnen hierdoor klachten veroorzaken op vele plaatsen in het lichaam. Bijvoorbeeld nekklachten kunnen ontstaan uit de nek zelf, maar kunnen ook door klachten uit de buikholte komen.

De schedel beweegt

Al sinds mensenheugenis wordt aangenomen dat de schedel een hard ,onbewegelijk botstructuur is. Begin jaren zeventig ontdekte de Amerikaanse osteopathische arts John E. Upledger tijdens een operatie een ritmische beweging van een toen nog onbekend lichaamssysteem; het CranioSacraal systeem. Sindsdien gebruikt hij het ritme van dit systeem ter verbetering van lichaamsfuncties, vermindering van pijn en andere klachten.

Deze bewegingen zijn heel klein en niet zichtbaar, maar wel voelbaar voor een geoefend osteopaat.
Het gaat om zacht heen en weer gaande ritmische bewegingen.
Zij vormen een soort eb- en vloedbeweging van de vloeistoffen in de weefsels.
Het ritme stimuleert het transport van belangrijke voeding en afvalstoffen door de celwand.
Dit mechanisme wordt de ‘celademhaling` genoemd. Het gevolg van dit microritme is dat de cellen in een goede conditie kunnen blijven.

Als het craniosacraal systeem goed functioneert.heeft het een positieve invloed op de ontwikkeling en de werking van hersenen en zenuwen.

De cranio-sacrale behandeling

Er zijn in principe twee behandelingsmogelijkheden;

  1. De behandeling via het tien stappen protocol. De osteopaat voelt en behandelt tien vastgelegde plaatsen van het lichaam. Door een zachte aanraking onderzoekt en behandelt de osteopaat de spanningen in het bindweefsel.
  2. Door zachte aanraking onderzoekt de osteopaat het bindweefsel.Belangrijk is om een zo ontspannen houding aan te nemen, meestal ruglig. Door de zachte behandeling en door uw eigen invoelend vermogen kunnen in de loop van de tijd snelle of geleidelijke veranderingen plaatsvinden.Misschien voelt u in bepaalde gebieden warmte of kou of ontspanning of komen er herinneringen boven, die gepaard kunnen gaan met het loskomen van emoties.

Het kan ook zijn dat uw lichaam tijdens de behandeling spontaan bepaalde houdingen aanneemt of bepaalde bewegingen uitvoert. Sleutelwoorden hierbij zijn begrip, respect en aandacht van uw osteopaat. Hij zal u aanbieden om te praten over datgene wat u waarneemt en voelt. U bepaalt altijd zelf of u dit wilt of niet. De osteopaat heeft dan de rol van begeleider bij het onderzoeken naar de eventuele betekenis van de spanningen in uw lichaam, hetgeen inzicht in uw klachten en het opnieuw inpassen in het leven geeft. Dit laatste wordt somato-emotional release genoemd.

Wisselwerking tussen deze 3 systemen

Er is een voortdurende wisselwerking tussen de bewegingen van de drie systemen, het pariëtale-, het viscerale- en het craniosacrale systeem. De drie systemen zijn onderling verbonden door bindweefsel, bloedvaten, lymfevaten en zenuwen. Belangrijk is hierbij de vloeistofstroom tussen deze drie systemen. We onderscheiden: bloed, lymfe, hersen en ruggemergvloeistof (liquor.)

Deze drie vloeistoffen moeten vrij kunnen stromen in het lichaam. Dit stromen neemt af bij verminderde weefselbeweeglijkheid met als gevolg verzuring en vervuiling van de weefsels.
Hierdoor ontstaat pijn en functieverlies van het getroffen weefsel.

Daardoor kan een van de belangrijkste functies – het natuurlijk afweersysteem – verzwakt raken, of juist overgevoelig gaan reageren, b.v. in de vorm van overgevoeligheid, pijn, voedselintoleranties en/of allergieën.
Soms zal het lichaam zo’n sterk vervuild gebied inkapselen en dan kan er een ontsteking op volgen. Een ontsteking kun je dan zien als een heftige poging van het lichaam de schadelijke stoffen kwijt te raken, door een versterkte vloeistofstroom en een grotere activiteit (warmte, zwelling, pijn, functiebeperking).
Als het lichaam zelf niet in staat is de ingekapselde gifstoffen op te ruimen, zal een osteopaat het lichaam over het dode punt heen kunnen helpen door de weefsels weer in hun beweging te stimuleren.
De vloeistofstroom kan vervolgens weer vrij op gang komen en de ontsteking zal verdwijnen.
Klachten kunnen ook ontstaan, wanneer er bewegingsblokkades optreden in of tussen de systemen. Het lichaam zal zelf proberen deze blokkades te compenseren, c.q. op te heffen.
Gewoonlijk lukt dat, maar niet altijd.

Voorbeeld:

De patiënt heeft pijn in zijn linkerschouder (pariëtale systeem). Veelal vindt de osteopaat bij onderzoek een (beweging)probleem van de bovenbuikorganen, m.n. de maag (visceraal systeem). De osteopaat brengt het betreffende orgaan(en) weer terug in z’n oorspronkelijke beweging en de schouderklacht (compensatieklacht) verdwijnt.

NB:

De patiënt hoeft in het geheel geen buikklachten te hebben. De bewegingsblokkade in de buik manifesteert zich via schouderpijn. Gebruikelijke behandelingen zoals fysiotherapie en/of medicijnen zullen in dit geval geen (blijvend) resultaat opleveren, omdat ze slechts het symptoom pijn bestrijden en niet de oorzaak. We zien vaak, dat klachten niet daar ontstaan waar de primaire oorzaak zich bevindt en dat er een aanzienlijke periode (soms zelfs jaren) kan bestaan tussen de oorsprong en de klacht waarvoor de patiënt zich laat behandelen. Een enkelblessure kan jaren later meniscusklachten, rugpijn of hoofdpijn veroorzaken.

Een tangverlossing kan bij kinderen, leer-, gedrags- of motorische stoornissen tot gevolg hebben.
Buikoperaties kunnen naar verloop van tijd, stoelgangproblemen, rugpijn, hoofdpijn en nek- schouderpijnen veroorzaken.

  • Het ritme van het cranio-sacraal systeem verandert.
    De doorstroomsnelheid van de hersenvloeistof in de schedel vermindert hierdoor. Het hersenweefsel kan de afvalstoffen onvoldoende kwijt en er kunnen tal van klachten ontstaan als: hoofdpijn, geheugen- en concentratieproblemen, maar ook gedrags- of gevoelsveranderingen.
  • Wellicht ontregeling van de werking van de hypofyse.
    Dit verstoort de hormoonbalans in het lichaam. Dit betreft dan bijvoorbeeld het groeihormoon of de geslachtshormonen, maar ook de schildklier of bijnieren kunnen uit evenwicht raken.
  • Verminderde werking van de hersenzenuwen.
    Zij reguleren belangrijke lichaamsfuncties als horen, zien en ruiken, de spijsvertering, ademhaling en de bloeddruk. Deze functies raken hierdoor als het ware van slag. Het ritme is te herstellen door de beweeglijkheid van de schedelbeenderen en de hersenvliezen te verbeteren. De osteopaat doet dit door middel van een zeer lichte druk op onder andere het hoofd en het heiligbeen.

Bij migraine, hoofdpijn, slaapstoornissen, bijholteontstekingen, oorpijn en depressieve gevoelens speelt een verminderde flexibiliteit van de schedel en/of overige delen van het cranio-sacraal systeem vaak een rol.

Het zenuwstelsel neemt in het lichaam zo’n belangrijke plaats in, dat de osteopaat het cranio-sacraal systeem altijd zal onderzoeken en vaak ook in de behandeling zal betrekken.

Andere oorzaken van klachten
Dit kan spanning of irritatie in de organen zijn.
Prikkeling van de galblaas kan hardnekkige klachten geven aan de rechter schouder en linkerschouder, problemen van de maag uiten zich vaak aan de linker schouder.

Een osteopaat gaat altijd op zoek naar dit oorspronkelijke probleem om (zoveel mogelijk) te voorkomen, dat klachten kunnen terugkomen.
Een – ander – goed voorbeeld van klachten aan het bot- en spierstelsel met een dieper liggende oorzaak, betreft rugklachten veroorzaakt door een slecht beweeglijke of licht verzakte nier.
Een licht verzakte nier beïnvloedt ook de aanliggende spier,die van de rug naar de heup loopt, het geen zowel pijn in de rug of flank kan veroorzaken als klachten van heup en benen.
De rugklachten in de flank, die hiermee gepaard gaan, verdwijnen pas als de osteopaat met de hand voorzichtig de nier zijn normale beweeglijkheid en de oorspronkelijke positie terug geeft.

Nadat eventueel ook de wervels behandeld zijn kan de zône van de lage rug in al z’n aspecten weer normaal functioneren.

Een opgezette dikke darm kan de vliezen zodanig op rek brengen, dat de beweeglijkheid van de darm afneemt.

Door de verbindingen van de vliezen met de rug,kunnen bloedvaten en zenuwen de rugspieren prikkelen, zodat langs deze weg heel goed lage rugpijn kan ontstaan door een dikke darmprobleem.
Vergelijkbare processen ontstaan, wanneer de lever, door bijvoorbeeld uitputting of overbelasting, het lichaam niet meer (voldoende) kan ontgiften.
Enerzijds is er in de directe omgeving kans op rug- of ribklachten.
Anderzijds hopen gifstoffen zich elders in het lichaam op.
Die plaatsen, vaak pezen of spieren, worden overgevoelig voor ontstekingen.

Oorzaak en pijn liggen hier dus niet in hetzelfde gebied.

Een ‘vastzittende’ lever is vaak verantwoordelijk voor veel langdurige hoofdpijn, schouderklachten, nek- en hoge rugpijn.
Dit wordt door de patiënt ervaren als een soort ‘weerpijn’, die naar het bewegingsapparaat toe reageert met slecht doorbloede en gespannen spieren als gevolg.

Wat betreft de behandeling van het orgaanstelsel zal een osteopaat de beweeglijkheid van de omringende vliezen herstellen.
Dit heeft in de regel een positieve invloed op de stofwisseling van darmen en andere organen.
Bovendien wordt er altijd onderzocht of er vanuit de andere twee systemen negatieve factoren aanwezig zijn, die behandeld moeten worden.
Buik- en maagklachten, slechte spijsvertering, verstopping, diarree, blaas- en longklachten kunnen hierdoor verbeteren.